Grasklaver met kruiden tegen droogte (Nieuwe Oogst)

Grasklaver met kruiden tegen droogte (Nieuwe Oogst)

Melkveehouders De Peel willen met alternatief Engels raaigras goede voederwaarde realiseren

Veruit het grootste deel van het Nederlandse grasbestand bestaat uit Engels raaigras. Meer kruiden of klaver in percelen houden, blijkt lastig. Dat vraagt om een andere werkwijze. In De Peel experimenteren gangbare boeren met een droogteresistent mengsel.

Tom Geene uit het Noord-Brabantse Wanroij was, net als veel andere melkveehouders in Nederland, de afgelopen zomers maar wat druk met beregenen. ‘De hele zomer was ik druk in de weer met de haspels en nog viel de opbrengst tegen.’

Hij was dan ook positief verrast over de proef met een kruidenrijk mengsel. Die realiseerde hij samen met agrarisch ondernemer Job Albers uit Rijkevoort-de Walsert en Pim Clotscher van zaadleverancier Neutkens in AgroProeftuin de Peel. ‘Daarop is niet beregend en niet bemest. Toch haalden we daar een hoge opbrengst vanaf. Dat was verrassend.’

De eerste snede had een opbrengst van ruim 4.200 kilo droge stof per hectare, de tweede snede bevatte bijna 3.900 kilo droge stof. Het mengsel bevat verschillende grassen: Engels raaigras, rietzwenk en kropaar. De grassen worden aangevuld met andere soorten, zoals klavers en kruiden. De mannen willen kijken of ze met dit mengsel, naast een goede opbrengst en voederwaarde, meer eiwit van eigen land kunnen halen.

Clotscher hoopt door betere begeleiding de resultaten van de proef te optimaliseren. ‘Dergelijke mengsels zijn voor een veehouder geen dagelijkse kost. Je moet de boer er even mee op weg helpen. We gaan in het voorjaar 25 tot 30 kuub drijfmest toedienen. Daarnaast proberen we dit jaar wat eerder te maaien en minder droog in te kuilen. Dit zou de voederwaarde, hergroei en opbrengst ten goede moeten komen.’

Droogtetolerant

Volgens de teeltadviseur kan je bij het gebruikte mengsel niet van ‘kruidenrijk grasland’ spreken. ‘Het is meer een droogtetolerante grasklaver met een aantal kruiden.’ Telen van grasklaver en kruidenrijke graslanden vergt volgens hem een andere visie en werkwijze.

‘Het op goede wijze telen van een kruidenrijk mengsel of grasklaver vraagt een andere werkwijze. Vooral de bemesting moet anders. Stikstofkunstmest is funest voor de klaver en de kruiden. De focus komt te liggen op stikstofbinding uit de lucht en de benutting van dierlijke mest. Die geef je met name in het vroege voorjaar. Verder is het nodig om vruchtwisseling toe te passen.’

Voor veel melkveehouders is het nogal een stap. Kropaar wordt door veel melkveehouders als onkruid gezien. ‘Een goede samenstelling van het mengsel is heel belangrijk’, stelt Clotscher. ‘De gebruikte componenten moeten goed bij elkaar passen. Zo moet je rekening houden met de vroege doorschietdatum, maar ook met de snelheid van kiemen en vestigen. Vinden van een goede samenstelling is een hele puzzel. Daar zijn we bij Neutkens soms jaren mee bezig.’

Het mengsel heeft voldoende bodemtemperatuur en vocht nodig om goed op te komen, weet Clotscher. ‘Het meest ideaal is het om in augustus te zaaien tot uiterlijk half september. In het voorjaar kan ook, maar dan kan je het beste wachten tot in april, vanwege de bodemtemperatuur. Als het kruidenrijke gras er goed op staat, heeft het verder weinig mest nodig en ook niet veel water. Het zorgt zelf voor stikstof, alleen de kali- en zwavelvoorziening is een aandachtspunt.’

Juiste samenstelling

Bij de samenstelling van een mengsel wordt verder gekeken naar de grondsoort, gebruik, het type vee en hoe lang het kruidenrijke grasland moet staan. Voor een zode die een jaar mee gaat, wordt een ander mengsel gekozen dan als het vijf jaar mee moet gaan.

Volgens Clotscher is het niet overal even goed mogelijk om kruidenrijk grasland te telen. ‘Op veenweiden en zware kleigrond is het soms lastig. Voor een goede kans van slagen kun je het beste ‘zwart’ beginnen, ook het kunnen toepassen van vruchtwisseling is wenselijk.’

Vooral op droge zandgronden als in De Peel passen droogteresistente mengsels prima, weet Clotscher. ‘Meerdere klanten behalen op droogtegevoelige zandgronden zo positieve resultaten.’ Hij denkt dat het voor heel veel melkveehouders goed mogelijk is om enkele kruiden toe te voegen aan het grasbestand.

‘Denk dan bijvoorbeeld aan cichorei, smalle weegbree en kleine pimpernel. Meer kruiden introduceren tussen het Engels raaigras heeft een melkdrijvend effect. Maar het is ook van toegevoegde waarde voor veegezondheid, bodemgezondheid, waterbergend vermogen van de bodem en biodiversiteit.’

Geene is heel benieuwd hoe de koeien ermee omgaan. De tweede snede van het proefperceel werd ingekuild met de derde snede van het Engels raaigras. ‘De koeien selecteren niet. In combinatie met het Engels raaigras is het wel prettig. Het zorgt voor meer structuur en prikkel. Maar we hebben de balen met alleen dit mengsel nog niet gevoerd.’

Nieuwsgierig

De melkveehouder met tweehonderd koeien is daarnaast erg nieuwsgierig of het dit jaar wel lukt om meer suiker en VEM in de snede van het proefperceel van 2,3 hectare te krijgen. ‘Dat is natuurlijk heel belangrijk. Het is wel goed om deze proef meerdere jaren uit te voeren en zo ervaring op te doen. Ik durf nu nog niet te zeggen of een dergelijk mengsel geschikt is voor mijn bedrijf. Ik wil de resultaten ook graag zien van een wat meer gangbaar jaar qua weersomstandigheden.’

Agroproeftuin De Peel

De proef van melkveehouder Tom Geene, agrarisch ondernemer Job Albers en zaaizaadleverancier Neutkens ligt in AgroProeftuin de Peel. Deze proeftuin bij de dorpen Odiliapeel en Zeeland stimuleert vernieuwing van de agrosector in Noordoost-Brabant. Naast de proefvelden gebeurt dat onder meer door financiële en organisatorische ondersteuning van innovatieve projecten. De locatie beschikt over 35 hectare landbouwgrond. De proef met het droogteresistente grasklavermengsel bevindt zich op een stuk grond van 2,3 hectare.

Dit artikel geschreven door Martijn van Rossum is op 14 maart 2020 gepubliceerd in Nieuwe Oogst.